Hoe kunnen kinderopvangorganisaties waarde creëren en zichtbaar maken via immaterieel eigen vermogen?

2025-10-06T06:12:25+02:00

Immaterieel eigen vermogen is het deel van de waarde van je onderneming dat niet direct op je balans staat, maar wel degelijk bestaat.
Het gaat om zaken die waarde hebben, maar niet tastbaar zijn — zoals kennis, merk, software, kwaliteit of relaties.

Bij kinderopvangorganisaties (zeker met een DAEB-structuur) is dit belangrijk, omdat het “zichtbare” eigen vermogen vaak beperkt is, terwijl de werkelijke waarde van de organisatie veel groter is.

Soorten immaterieel eigen vermogen

Je kunt immateriële waarde grofweg in vier categorieën indelen:

Categorie Voorbeelden binnen kinderopvang Toelichting
Merk & reputatie Naam, uitstraling, oudertevredenheid, GGD-score Een sterk merk zorgt voor stabiele instroom en hogere loyaliteit
Kennis & organisatiekwaliteit Pedagogische visie, opleidingsprogramma’s, interne academie Opgebouwde kennis verlaagt fouten, verhoogt kwaliteit
Digitale infrastructuur Eigen software, dashboards, rekentools, managementmodules Zelf ontwikkelde systemen besparen structureel tijd en kosten
Relaties & contracten Stabiele ouderpopulatie, samenwerkingen met scholen, gemeenten Structurele inkomstenstromen zijn economische waarde

Waarom dit belangrijk is voor ondernemers

Veel kinderopvangorganisaties investeren jarenlang in kwaliteit, processen en digitale systemen,
maar boeken dat niet als actief op de balans.
Daardoor lijkt het eigen vermogen laag, terwijl er in werkelijkheid veel waarde in de organisatie zit.

Door immateriële activa in kaart te brengen:

  • vergroot je de waarde van je onderneming;
  • toon je aan dat er rendement is opgebouwd, ook binnen DAEB-grenzen;
  • en kun je beter uitleggen aan accountant, bank of oudercommissie waar de winst naartoe is gegaan.

Wanneer kun je immaterieel vermogen activeren?

Volgens de boekhoudregels (RJ 210 en IFRS 38) mag immaterieel vermogen alleen op de balans als:

  1. De waarde betrouwbaar kan worden vastgesteld (bijv. ontwikkelkosten van software of een opleidingsplatform);
  2. De investering toekomstige economische voordelen oplevert;
  3. De activa door de onderneming beheerd wordt (eigendom of exclusieve licentie).

Voorbeeld:

Een organisatie ontwikkelt met haar eigen opleidings-BV een online leeromgeving voor pedagogisch medewerkers.
De ontwikkelkosten (€ 80.000) kunnen worden geactiveerd als immaterieel actief en over 5 […]

Hoe kunnen kinderopvangorganisaties waarde creëren en zichtbaar maken via immaterieel eigen vermogen?2025-10-06T06:12:25+02:00

Verdienmodel: Personeel en klanten opleiden

2025-10-05T22:00:08+02:00

In een tijd waarin de winst in de kinderopvang onder druk komt te staan door DAEB, vormen opleidingen juist één van de weinige terreinen waar ondernemers legaal en strategisch extra waarde kunnen creëren.

Opleiden loont – letterlijk én figuurlijk

De komende jaren worden marges in de kinderopvang strakker.
Investeren in opleidingen is daarom niet alleen goed voor kwaliteit, maar ook een slim verdienmodel voor ondernemers.

Met een eigen opleidingsaanbod kun je als organisatie:

  • de kwaliteit van je medewerkers duurzaam verhogen,

  • je onderscheiden in de markt met een herkenbare visie op pedagogiek en professionalisering,

  • én extra omzet genereren buiten het DAEB-stelsel.

Waarom dit juist nu interessant is

Vanaf 2029 vallen reguliere opvangactiviteiten onder de DAEB-regels:
lage marges, winstplafonds en meer toezicht.
Maar opleidingen vallen daarbuiten.

Dat betekent dat jij als ondernemer:

  • eigen tarieven kunt bepalen,

  • winst mag maken zonder de 6–8%-beperking,

  • en opleidingen kunt aanbieden aan zowel eigen medewerkers als externe organisaties.

Verdienmodellen die werken

  1. Interne opleidingen
    Ontwikkel je eigen pedagogisch beleid, onboarding of teamtraining en factureer dit vanuit een aparte opleidings-BV aan je werkmaatschappijen.
    → Marktconforme tarieven, structurele kennisopbouw, én extra waarde op de balans.

  2. Externe opleidingen
    Bied je trainingen aan collega-organisaties in de regio. Denk aan:

Verdienmodel: Personeel en klanten opleiden2025-10-05T22:00:08+02:00

Kan ik dienstverlening formuleren die buiten de DAEB-regeling valt?

2025-10-05T21:09:48+02:00

KDV (kinderdagverblijf) gelden precies dezelfde principes als bij BSO. Je zou dus ook “KDV-plus” kunnen aanbieden, maar alleen onder strikte voorwaarden.

1. Regulier KDV (DAEB)

  • Valt volledig onder de DAEB-regeling.

  • Je mag als kinderopvangondernemer zelf je bruto uurtarief bepalen.
    Er is géén wettelijk maximumtarief dat je moet hanteren.
    De overheid legt geen prijsplafond op:

    Jij mag dus € 9,00, € 11,00 of zelfs € 13,00 per uur rekenen als dat past bij jouw dienstverlening.

    Maar:
    De overheid vergoedt ouders kinderopvangtoeslag maar tot een bepaald maximum.

  • Voorbeeld: in 2025 is dit € 10,71 per uur (dagopvang).

  • Dit is het basispakket: opvang, verzorging, pedagogisch aanbod conform de wet.

2. KDV-plus (niet-DAEB, extra’s)

Je mag extra’s aanbieden bovenop de reguliere opvang. Denk aan:

  • Extra diensten: peutercoaching, muzieklessen, yoga, tweetalig programma.

  • Luxe voorzieningen: biologisch eten, kleinere groepen, extra pedagogisch medewerker.

  • Verruimde openingstijden: bijvoorbeeld avondopvang of weekendopvang.

  • Extra diensten: bijvoorbeeld toegang tot een ouderApp, warme maaltijden,

Voorwaarden:

  • Vrijwillig → ouders moeten altijd de keuze hebben voor het reguliere pakket.

  • Aparte prijs → KDV (DAEB) en KDV-plus (niet-DAEB) moeten zichtbaar gescheiden worden gefactureerd.

  • Geen kruissubsidiëring → DAEB-middelen (toeslag) mogen niet indirect worden gebruikt voor plus-diensten.

  • Marktconform → tarieven voor de extra’s moeten verdedigbaar zijn.

Kan ik dienstverlening formuleren die buiten de DAEB-regeling valt?2025-10-05T21:09:48+02:00
Ga naar de bovenkant